Voor iedereen die de lockdownmaatregelen ‘onmenselijk’, ‘dictatoriaal’ of alleen maar ‘zwaar’ noemt: lees één of meer berichten uit Kolyma. Sjalamov biedt ons een kijkje in de hel, niets meer en niets minder.
Op zijn tweeëntwintigste wordt hij veroordeeld tot vijf jaar strafkamp in Siberië, op zijn dertigste komen daar nog eens zeventien jaar bij. Eén van de veroordelingen had hij te danken aan het noemen van Boenin als een klassieke Russische schrijver. Hup, wéér vijf jaar erbij. Enkele jaren na zijn vrijlating begint hij zijn kampervaringen op te schrijven. Het zijn korte verhalen, waarin telkens één gebeurtenis of persoon haarscherp wordt beschreven. Tot zijn dood in 1982 verschenen zijn gedichten wel in Rusland, zijn verhalen werden geweigerd en verschenen in het buitenland en illegaal in Rusland. (Voor meer gegevens: http://shalamov.ru/en/ )
Dostojevski heeft ook in een kamp gezeten, in Aantekeningen uit het dodenhuis beschrijft hij die tijd op een, voor zijn doen, ingetogen manier. In die barre omstandigheden bespeurt hij toch menselijkheid en mededogen. Sjalamov laat geen spaan heel van die overwegingen. De enige plek waar je menselijkheid tegenkwam, was in de ziekenafdeling. In de mijn was elk teken van menselijk gevoel een handicap, een zwakte. En een teken van zwakte was levensgevaarlijk, want daar werd acuut misbruik van gemaakt.
Onder het kopje Schetsen uit de wereld van de misdaad doet Sjalamov uit de doeken hoe een crimineel in elkaar zit. Gewetenloos en slim, altijd in staat zwakkeren te laten werken en hun toegestuurde pakjes, kleren en tabak in te pikken. Omdat de criminelen de kampleiding garanderen dat zij de rust in het kamp kunnen handhaven, hebben ze vrij spel. Bij onderlinge executies wordt daarom niet ingegrepen. Beschreef Dostojevski hoe een gevangene een handeltje opzette om wat bij te verdienen, Sjalamov toont aan dat dat klinkklare onzin is. Criminelen staan zoiets toe, maar alleen om de opbrengst in hun zak te steken. Sjalamov waarschuwt voor de spannende verhalen van criminelen die voor jongeren onweerstaanbaar zijn. Ook de zogenaamde erecode van criminelen is een romantisch verzinsel, dat nog altijd bestaat. Denk aan de fascinatie voor Willem Holleeder en hoe handig die de rol speelt van de zware jongen met het kleine hartje.
Ik heb het boek in etappes gelezen, om alle 800 pagina’s achter elkaar te lezen was te veel. Ik ben benieuwd naar Solzjenitsyns kampervaringen, die overigens ruiterlijk toegaf dat Sjalamov het veel zwaarder had gehad dan hij. Het komt nog, net als het reisverslag van Tsjechov naar Sachalin die met eigen ogen wilde zien hoe het de mensen in de kampen verging.
Dit was het laatste boek dat ik las in 2020. Vooral door de corona heb ik meer gelezen dan normaal. Dat is fijn en leuk en aardig, maar toch hoop ik dat we komend jaar weer naar buiten kunnen, op reis, naar theater en film, naar café en restaurant. Dus kom maar op met die spuit.