Britten houden van theaterstukken waarin iets gebéúrt. Liever Shakespeare dan Vondel, liever actie dan wijsgerige dialogen.
Een van de aardigste theatertradities is dan ook de jaarlijkse panto, niet te verwarren met het zwijgende witgeschminkte theater van Marcel Marceau c.s.. Een panto is een vrolijke bewerking van een sprookje of ander bekend verhaal met een held en een boef, veel liedjes, grappen en actieve bemoeienis van het publiek. Een soort levende poppenkast.
In Ealing wordt ieder jaar de kas gespekt met een panto. Vier volwassen acteurs en tientallen jongere spelers maken er een vrolijke avond van, waarbij vooral The Dame opvalt, een overduidelijke travestierol in buitenissige kostuums. Volle zaal, nogal wiedes met zoveel kinderen op het toneel, dat vrolijk meedoet en volgend jaar beslist wéér komt.