Wat is dat toch met de boeken van Dickens? De helden zijn suikerzoet, slechteriken karikaturaal slecht, de stijl wijdlopig-sentimenteel en het verloop van de meeste verhalen is erg voorspelbaar. Toch worden de boeken nog steeds gelezen.
Het lijkt veel van hetzelfde, maar toch zijn er verschillen. Onze wederzijdse vriend, Oliver Twist en Grote verwachtingen, om maar een paar voorbeelden te noemen, zijn geheimzinniger, verrassender, boeiender. Het verhaal over het meisje Nelly en haar grootvader die op de vlucht slaan, is nogal dun.
Misschien was het nu ook een kwestie van een overdosis: in de zomervakantie Dombey en zoon, daarna Zware tijden en nu De rariteitenwinkel. In een drang tot volledigheid meende ik de laatste romans van Dickens te gaan lezen. Dan heb ik ze allemaal gelezen.
Er wachten nog twee stuks, maar daar wacht ik mee. Het is ook niet goed om een pond Engelse drop achter elkaar op te eten.
PS: De taal en stijl van Dickens weerhielden me ervan de boeken in het Engels te lezen. Na een boek van Joan Didion met haar kraakheldere taal, zou de overgang erg groot zijn.