Vladimir, tolk/gids tijdens een trip naar Petersburg en Moskou, zei dat hij maar één Nederlandse schrijver las: Waterdrinker. ‘Omdat hij schrijft als een Rus’. Beetje vreemde redenering. Als ik alleen maar buitenlandse schrijvers zou willen lezen die schrijven als Nederlanders, hoe zou mijn boekenkast er dan uitzien?
Enfin, toch Tsjaikovskistraat 40 gaan lezen. Vladimir had geen woord teveel gezegd: een gul boek, niet zuinig met taal en personages. Inderdaad, zoals de negentiende eeuwse Russen ook niet kijken op een zijplotje meer of minder.
De rat van Amsterdam is ook een flinke pil, maar leest heerlijk weg. Door slim gebruik van cliffhangers en woeste avonturen houdt Waterdrinker de spanning erin en ga je mee in de belevenissen van Ruben Katz. Het is allemaal (on-Nederlands) flink over the top, maar dat is juist fijn. De schone schijn van de liefdadigheidsmaffia is een intrigerende achtergrond. Wie zou na dit boek geen vragen stellen over de loterijen die goede doelen steunen? Als hun werkwijze maar half zo cynisch is als in het boek wordt beweerd, is het al een goede reden om de glanzende brochures met een wantrouwige blik te bekijken. Ratten, dat zijn ze.
Dit boek was een tussendoortje, Revolusi van David van Reybrouck is prachtig en interessant, maar erg véél. Ik krijg nu al zin om een vakantieboekenlijst te maken.